Vier belangrijke onderdelen van beoordeling overbruggingsplannen 2023

Vijf bedrijfstakpensioenfondsen en één beroepspensioenfonds hebben eind augustus een overbruggingsplan 2023 bij De Nederlandsche Bank (DNB) ingediend. DNB heeft na beoordeling medio oktober ingestemd met deze zes overbruggingsplannen. Dit nieuwsbericht geeft een terugkoppeling op de beoordeling en werpt een blik vooruit op de beoordelingen van de overbruggingsplannen 2024.

Een pensioenfonds dat naar verwachting zal invaren, kan tot aan het invaarmoment opteren voor het gebruik van de regels van het zogenaamde ‘transitie-ftk’ door een concreet en haalbaar overbruggingsplan in te dienen. Vier belangrijke aspecten die in de beoordeling aan bod kwamen zijn de invaardekkingsgraad, governance, generatie-effecten en modelaannames.

1 - Invaardekkingsgraad

De invaardekkingsgraad is de dekkingsgraad die een pensioenfonds nodig heeft om op een verantwoorde, uitlegbare en evenwichtige wijze te kunnen invaren. In het overbruggingsplan onderbouwt het pensioenfonds hoe de invaardekkingsgraad is vastgesteld. In de periode vóórdat een implementatieplan is ingediend, geldt een wettelijke ondergrens van 95% voor de invaardekkingsgraad. De vereiste onderbouwing van de invaardekkingsgraad in het licht van de (voorlopige) doelstellingen over invaren en compensatie geldt ook wanneer een pensioenfonds aansluit bij die wettelijke minimale invaardekkingsgraad.